Handboek

Maaien slootkant

Vaak komen langs de oever plekken voor waar massaal (hoge) grassen staan, zoals riet, rietgras en liesgras. Rondom die pollen vinden de gewenste bloeiende oeverplanten weliswaar hun ruimte, maar voor een echte bloemrijke oever moeten de grassen worden teruggedrongen.

In dit geval is de tweede helft van mei het beste moment om te maaien. De afgemaaide oeverplanten die in de zomer bloeien, zoals kattenstaart, moerasspirea en moerasandoorn, hebben de kans zich daarna te herstellen. Probeer de planten die in de tweede helft van mei al (bijna) bloeien, zoals valeriaan, te ontzien door er omheen te maaien. Door de uitgebloeide stengels van de zomerbloeiers te laten staan tot mei van het volgende jaar blijven hun groeiplaatsen zichtbaar en kan daar met beleid worden gemaaid. Voer het maaisel af, bijvoorbeeld naar een composthoop.

Maaien van oevers gebeurde vroeger met een zeis. Boeren maaien een oever ook nu nog wel met de zeis, maar vaak gebeurt het tegenwoordig met een bosmaaier. Het maaien met een zeis is echter niet moeilijk. Een zeis is minder zwaar dan een bosmaaier en maakt geen herrie. De ervaring is ook dat een bosmaaier een stuk rommeliger maait dan een zeis, vooral als de bosmaaier niet echt scherp is. Dit maakt het tevens lastiger om het gemaaide bij elkaar te harken om te kunnen afvoeren. Kortom, overweeg eens een zeis voor kleinschalige beheerwerkzaamheden in plaats van een bosmaaier.