Handboek

Aanplanten wilgen

Van de meeste wilgensoorten kunnen de takken (slieten, tenen of staken) worden geplant en uitgroeien tot een nieuwe wilgenboom of knotwilg. De meestgebruikte soort is de schietwilg.
Kies een gezonde rechte tak van ca. 3 meter lang en ca. 7 cm doorsnee. Haal de zijtakken er af en laat een paar takjes aan de top zitten. Zaag aan de onderkant een schuine punt. Boor met een grondboor van 8 of 10 cm doorsnee een gat van een meter. Duw de tak een meter de grond in. (Linker afbeelding)

Voor een knotwilg kan de tak na 2 jaar op de gewenste hoogte worden afgezaagd. Verwijder het eerste groeisezoen eventueel de zijtakje op de ‘stam’. (Middelste afbeelding).

Na ca. 4 – 6 jaar kan de wilg voor de eerste keer worden geknot. Zaag eerst een stukje in aan de onderkant en zaag daarna vanaf de bovenkant de tak er af. Laat een stukje van de tak zitten dat ongeveer zo lang is als de diameter van de tak. (Rechter afbeelding).

knotwilg