Interview met Johan, Ton en Christine over werken aan een kleurrijk Gorinchem

Gorinchem wordt steeds kleurrijker

In Duitsland is al tachtig procent van de insecten in 25 jaar tijd uitgestorven, blijkt uit onderzoek. Natuurorganisaties waarschuwen dat het in Nederland niet anders gaat. In Gorinchem willen veel bewoners het zover niet laten komen. Daarom steken tientallen vrijwilligers regelmatig de handen uit de mouwen. Ze gaan met elkaar voor een bloemrijke stad.

Gorinchem wordt steeds mooier. Verschillende stadsparels van lokale initiatiefnemers en het Prachtlint maken de stad kleurrijker en aantrekkelijker voor mens en dier. Bloeiende bloemen, het hele seizoen lang, zijn tenslotte niet alleen fijn voor de bijen en andere insecten, natuurliefhebber genieten er ook van.

Eigen tuin

“Er wordt in Nederland veel te veel gemaaid en geklepeld,” zegt stadsvogeladviseur Johan Sterk. Het baart hem de nodige zorgen. “Er blijven geen bloemen meer over. Als er geen bloemen zijn, is er geen voedsel voor insecten. En zonder insecten redden ook de vogels het niet.” Hoe meer bloemrijke parels er in Gorinchem ontstaan, hoe beter, zegt Johan daarom. Mensen kunnen beginnen in hun eigen tuin. “Het eerste wat veel bewoners van een nieuwbouwwoning doen, is al het groen eruit gooien en de tuin betegelen. Niet alleen is dat funest voor insecten, het water kan ook nergens meer heen.”

Beheren

De laatste tijd zijn er flink wat stadsparels ontwikkeld in Gorinchem. “Geweldig”, zegt Johan. “We waren al best kleurrijk. Het wordt nu alleen maar beter voor mens en dier. Van mij mogen er nog veel meer parels bijkomen, maar laten we eerst de huidige projecten maar eens beheren. Daar zijn de vaste vrijwilligers al behoorlijk druk mee.”

Fruitgaard

Een enthousiaste groep van tientallen vrijwilligers zet zich regelmatig in voor een kleurrijke stad. “Neem bijvoorbeeld de Fruitgaard in de Lingewijk,” zegt bewoner Ton de Boon. “Dat was eerst een braakliggend stukje land waar niks te doen was. Nu staan er sinds kort vier prachtige hoogstamfruitbomen en daar omheen een stuk of acht kleinere soorten. Eromheen gaan we het gras op een natuurvriendelijke manier beheren. Dat wil zeggen dat we niet te vaak gaan maaien om bloemen een kans te geven.” Een paradijs voor insecten, vogels én mensen, want buurtbewoners mogen er straks het fruit plukken en lekker opeten. De natuur in de Lingewijk kon wel wat hulp gebruiken. “Vroeger was het hier mooi groen, met veel boomgaarden en grasvelden. Maar er is veel gebouwd. Met de Fruitgaard geven we een knipoog naar het groene verleden van de wijk.”

Aan het werk in de Fruitgaard van Lingewijk

Onvoorspelbaar

Ton is ook initiatiefnemer van de aanleg van het onverharde wandelpad langs de A15 in zijn wijk. “Een prachtig voorbeeld van hoe onvoorspelbaar de natuur kan zijn,” lacht hij. “De brandnetels stonden er wel twee meter hoog. Die hebben we allemaal weggehaald en er is zand gestort, om de drassigheid tegen te gaan. Dat was niet voldoende. We hebben daarom ook drainage aangebracht en we hebben er een zaadmengsel gestrooid. Inmiddels bloeien er wel wat wilde bloemen, maar het is nog niet zoals we het voor ogen hadden. Wellicht moeten we het daarom nog een keer inzaaien.”

Bollenlint

Het voorjaar is ook bij de Stalkaarsenflat een stuk fleuriger geworden sinds een stuk of wat vrijwilligers daar de handen uit de mouwen steken. “In april én juni bloeit er tegenwoordig een prachtig bollenlint,” vertelt initiatiefneemster Christine van Genderen trots. Ze kijkt er vanuit haar woning zo op, net als haar buren en de flatbewoners boven haar. “Daarnaast hebben we met de bewoners een stukje groen van de gemeente geadopteerd. Met een vast groepje zorgen we ervoor dat er het hele seizoen iets bloeit. Er is daar nu ook een insectenhotel te vinden en de kinderen van de flat hebben mezenkastjes gemaakt. Zo genieten bewoners niet alleen van het kleurrijke uitzicht, maar zijn ze er ook bij betrokken.”

Plan Stalkaarsen (illustratie Johan Sterk)

Paradijsjes

De stadsparels zijn kleine paradijsjes voor dieren en mensen. Maar om ze zo paradijselijk te houden, moeten ze wel worden beheerd. Vrijwilligers zijn daarom altijd welkom. “Als je iets voor je omgeving wilt doen, moet je wel de handen uit de mouwen steken,” vindt Johan. “Het is fijn om in een grote groep wat te ondernemen. Je enthousiasmeert elkaar vanzelf. Vrijwilligers die met één project meewerken, lopen vaak al snel over naar het volgende. Zo maken we er met elkaar wat moois van. Geweldig om te zien wat we nu al bereikt hebben.”

Leerzaam

“Je hoeft eigenlijk niets te kunnen,” belooft Ton. “Bewustwording komt vanzelf als je met elkaar bezig bent. Het is heel leerzaam om zo in de natuur te werken. Bovendien is het een erg sociaal gebeuren. Ik onderhoud niet alleen de twee stadsparels in mijn wijk, maar help ook mee bij andere projecten van het Prachtlint. Gewoon omdat het zo fijn is om buiten bezig te zijn met andere mensen.” Daar is Christine het mee eens. Ze hoopt dat meehelpen met de stadsparels werkt als een olievlek die zich langzaam verspreidt. “Hoe meer enthousiaste vrijwilligers, hoe beter.”

Bollenlinten Stalkaarsen